In dit Legpuzzel-algebra applet worden nieuwe figuren gemaakt met behulp van vierkante of rechthoekige puzzelstukjes. Door dit puzzelen kan een verband worden herkend tussen het soort en aantal stukjes dat nodig is om de gewenste puzzel te leggen.
Rechts in het scherm liggen 4 stapels. Selecteer een stukje, sleep het naar het werkblad en maak een nieuwe figuur, d.w.z.: leg een rechthoek met vierkantjes en rechthoekjes.
Stukjes die eenmaal op het werkblad liggen, kunnen ook nog versleept worden.
- (wit) 'fout'-symbool: dit verschijnt wanneer een stukje deels bovenop een ander stukje of een stapel ligt. De gebruiker kan alleen het "foute" stukje nog verslepen (en goedleggen dus).
Stukjes kunnen weggegooid worden door ze over de rand van het werkblad te slepen ('van tafel te gooien').
- 3D-effect: als je een nieuwe puzzel (d.w.z. een puzzel die nog niet in het archief voorkomt) van de gewenste vorm hebt gelegd, krijgen de stukjes tijdelijk bobbeltjes.
- archief rechts op het scherm: hierin verschijnt de nieuwe puzzel verkleind, met vermelding van de aantallen gebruikte stukjes.
Voor het "herkennen" van een nieuwe puzzel mogen er ook nog andere stukjes op het werkblad rondslingeren; als ze de nieuwe puzzel maar niet raken.
- pijltjes: met de pijltjestoetsen linksonder kun je de hele figuur over het scherm verplaatsen; met de pijltjestoetsen rechtsonder kun je door het archief bladeren.
De bedoeling is rechthoeken te maken. Er moet een verband worden herkend tussen het soort en aantal stukjes dat nodig is om de gewenste puzzel te leggen.